Maria van Gageldonk

 
 
 
Maria Engelina van Gageldonk
 
dr Cornelis van Gageldonk en Maria Verhoeven, geb 21 dec 1902, tr op 26 jarige leeftijd met de 25 jarige Gerardus Lodewijks te Oosterhout 23 mei 1929, dienstbode en later winkelierster, ovl Oosterhout 2 jan 1976.
 
Uit dit huwelijk 3 dochters.
 
 
Maria Engelina  is het zevende kind in een gezin met 8 kinderen (6 dochters en 2 zonen). Haar vader overleed toe Maria 16 jaar oud was. Haar moeder werd 82 en was meer dan 20 jaar weduwe. Maria ging werken als dienstbode toen ze 16 was. Ze ontmoette Gerardus bij de Intocht van Sinterklaas. Gerardus speelde in de harmonie.
 
In 1929, toe ze 26 jaar oud was trouwde Gerardus. Ze gingen in Dongen Vaart wonen. Daar werden de 3 kinderen (dochters) geboren. Op Oosteind bouwden ze in 1934 een woning met winkel. Het was hard werken, een gezin en een winkel.
 
 



 
 
Een zwaar bestaan

Tot de zwaarste taken van de dienstbode behoorde,
behalve het dweilen en boenen,
het kloppen van de losse kleden en tapijten
en bij tijd en wijle van de traplopers.
De stofzuiger was een nog onbekend verschijnsel. 


Boodschappen doen was voor iedere dienstbode een uitje.
Ze was even buiten en onder het oog van mevrouw uit,
ze kon een praatje maken met collega's en winkeliers
en er was altijd wel even tijd om te 'sjansen'
met huisknechten, koetsiers of ander mansvolk op straat.

Het leven van een dienstbode.
Dienstbodes zijn er niet meer, tegenwoordig.
Maar omstreeks 1900 waren ze een alledaags verschijnsel, zowel in de stad als op het platteland.
Ze werkten in de huishoudens van de adel en de gegoede burgerij; ze waren in dienst bij doktoren, notarissen en onder-wijzers; ze maakten zich onmisbaar op pastorieën en in
de gezinnen van ambtenaren en officieren in alle delen van
het land.

Ze maakten lange dagen, dat is zeker, en het werk was vaak zwaar.
's Ochtends moest de kachel worden leeggehaald en opnieuw worden aangestoken. Vervolgens moesten de bedden worden afgehaald, de lakens en dekens uitgeklopt en de slaapkamers opnieuw op orde worden gemaakt: bedden weer opmaken, waskommen schoonmaken, lampet-kannen bijvullen.
Dan moest de woonkamer gestoft.
Op vaste dagen dienden de meubels geboend en de tapijten geklopt; op andere momenten moest vaak eindeloos veel koper worden gepoetst, vanaf de traproeden tot het naam-plaatje aan voordeur.
Tot de zware karweitjes behoorden dweilen van de keuken
en de gang en het boenen van het zeil.
Erg zwaar en tijdrovend was op maandagen de grote was, met wasbord en mangel en
het strijken daarna.
 
Veel dienstbodes profiteerden later van de ervaringen die ze in betrekking hadden opgedaan en konden daardoor hun gezin meer geven dan ze vroeger thuis hadden meegekregen.

bron:www.jenneken.nl/bekijk/1900dienstbodes.htm