geschiedenis 18 eeuw

18e eeuw: burgers en bataven

 
 

Het grootste gedeelte van de achttiende eeuw blijft Brabant de status van Generaliteitsland behouden. In 1747 nemen de Franse legers van Lodewijk XV Bergen op Zoom in, waarmee de stad haar trotse bijnaam La Pucelle (de Maagd) kwijtraakt.

 

Tegelijk worden maatregelen genomen die meer bestuurlijke uniformiteit binnen de verzameling voormalige heerlijkheden moeten brengen: het begin van Noord-Brabantse eenwording. De Haagse overheid doet tevens verwoede pogingen om de enorme criminaliteit in Staats-Brabant tegen te gaan.

En hier en daar zien we de eerste, maar vooralsnog voorzichtige tekenen die duiden op economisch herstel; de landbouw zet na 1750 een opgaande lijn in, meer en meer heidevelden worden ontgonnen, er wordt een netwerk van steenwegen aangelegd (tussen 1741 en 1745 het traject Den Bosch-Best) en de handel naar Holland is voor velen lucratief. Ook vindt er gaandeweg een proces van accommodatie plaats tussen de katholieke meerderheid en de protestantse minderheid in Brabant. Maar men loopt bij elkaar niet de deur plat.
De Verlichting
Rond 1780 klinkt de roep om veranderingen echter steeds luider. De Verlichting brengt nieuwe ideeƫn over de democratische inrichting van de maatschappij. 'Vrijheid, gelijkheid en broederschap' zijn de nieuwe toverwoorden. In kranten, tijdschriften en burgerlijke sociƫteiten wordt het nieuwe gedachtegoed bediscussieerd en verspreid.
 
Er ontstaat een patriottenbeweging, die zich steeds heftiger verzet tegen de dynastieke politiek van stadhouder Willem V en zijn prinsgezinde aanhangers. Ook in Brabant krijgen de patriotten voet aan de grond. Doorn in het oog is dat het gewest niet zelfstandig is en geen stem heeft in de Staten-Generaal.
 
De katholieken voelen zich meer en meer achtergesteld. Brabant draagt onevenredig veel bij in de staatskas in de vorm van belastingen, terwijl er haast niets voor in de plaats terugkomt in de vorm van gelden voor de ontwikkeling van het gewest. En nog steeds worden de belangrijkste ambten door Hollanders bekleed. Onrechtvaardig en in strijd met het gelijkheidsbeginsel, vinden de patriotten.
 
Later zal blijken dat dit beeld van het arme, achtergestelde Brabant best meeviel. Maar het sentiment is er en daarin vindt de patriottenbeweging een goede voedingsbodem. Met name bij de burgerij. De invasie van het Pruisische leger dat de Oranjeklanten te hulp schiet maakt in 1787 een wreed einde aan de revolutionaire beweging. Voorlopig, want het zaad van de vernieuwing is gezaaid.

Ommekeer
De komst van de revolutionaire Franse legers in 1793 en 1794 brengt een ommekeer. Overal worden vrijheidsbomen geplant. Boeren, burgers en soldaten dansen samen op de maat van de carmagnole, kokardes prijken vrolijk op de hoeden. De Fransen worden gastvrij onthaald. Aristocratie en de stadhouderlijke tirannie moeten plaats maken voor meer democratische bestuursvormen. Het einde van de regentenmaatschappij is in zicht. De macht is voortaan aan de burger. Leve de Bataafse Republiek!
De politieke omwenteling laat ook Brabant niet ongemoeid. De oude dorps- en stadsbesturen worden afgezet en op Franse leest gschoeide municipaliteiten komen ervoor in de plaats. Op 11 juni 1795 komt een groep vooraanstaande burgers in Tilburg bij elkaar. Als afgevaardigden van de Brabantse steden en dorpen roepen zij op plechtige wijze 'de Vergadering van Gedeputeerden provi-sioneel representeerende het volk van Bataafsch Braband' in het leven: voortaan beschouwt Brabant zichzelf als zelfstandig gewest.
 

Staten-Generaal
Toetreding tot de Staten-Generaal laat echter nog op zich wachten. Nadat op 31 december 1795 in de Grote Kerk Breda een nieuw departementaal bestuur van Bataafs Brabant is opgericht, worden zijn vertegenwoordigers (Jan van Hooff, Willem Hubert en Hendrik Verhees) pas op 1 maart 1796 tot de Staten-Generaal toegelaten. Het zou tevens de laatste zitting van dit bestuurlijke college zijn: nog dezelfde dag wordt de Nationale Vergadering geconstitueerd, waarin veertien Brabantse afgevaardigden zitting krijgen. Dit orgaan bepaalt in augustus 1796 dat de godsdienstvriiheid in ere wordt hersteld: de Brabantse katholieken mogen voortaan weer in het openbaar hun geloof belijden.

Bestuurlijk gezien blijft het zoeken naar nieuwe wegen. Door de invoering van de grondwet van 1798, het directe gevolg van een staatsgreep van januari van dat jaar, wordt Bataafs Braband opgedeeld in het departement van de Dommel met als hoofdstad 's-Hertogenbosch en het departement van Maas en Schelde met als hoofdstad Middelburg. Of deze radicale breuk met het verleden lang stand houdt zal de volgende eeuw leren.


 
bron website omroep brabant